Express Tools - Deel 1

Het AutoCAD forum is gericht op de AutoCAD en AutoCAD LT gebruiker. U kunt hier vele AutoCAD tips en tricks vinden. Daarnaast zijn er een groot aantal Autodesk video tutorials te bekijken.

Moderators: Leonie, Nicoletta, Diederick, Alejandra, Coen, Bram, Roy_M, DavidN, Anton

Joost

Express Tools - Deel 1

Berichtdoor Joost » wo 03 jul 2013, 10:08

De Expresstools in AutoCAD zijn een verschijnsel dat al behoorlijk wat versies bestaat. Werden ze in oude versies meestal meegeleverd en moest de gebruiker ze zelf installeren, nu kunnen ze bij de installatie van AutoCAD meteen meegenomen worden.

AutoCAD presenteert de Expresstools altijd als 'as is' en bedoelt daarmee dat de functies soms niet zo 'fool-proof' zijn als de normale AutoCAD-functies. En dat sommige functies een beetje achterhaald zijn. Het is een beetje 'gebruik op eigen risico', maar dat neemt niet weg dat er hier en daar leuke opties in zitten die u veel tijd kunnen besparen.

Vandaar deze serie artikelen van alle commando's in de Express Tools met een extraatje op het eind. Om te voorkomen dat deze opsomming een eindeloos verhaal gaat worden splitsen we het verhaal op in 8 'afleveringen'.

Hier volgt deel 1, het panel dat de functies bevat die de Blocks betreffen.

Aflevering 1: Blocks

Explode Attributes
• Opstarten:
Via Ribbon Expresstools panel Blocks of door het typen van Burst op de commandline.
• Werking:
Voor het exploderen van blocks met attributen. De inhoud van het attribuut wordt als tekst bij het Block gezet, met dezelfde eigenschappen als het oorspronkelijke attribuut. Hierbij worden attributen die voorheen onzichtbaar waren nu wel zichtbaar.

Replace Blocks
• Opstarten:
Via Ribbon Expresstools panel Blocks of door het typen van Blockreplace op de commandline.
• Werking:
Alle blocks vervangen door een ander Block. Het werkt met dialoogvenster. Eerst kiest u een blocknaam uit een lijst en in het tweede venster kiest u een Block waardoor u het eerste Block wilt vervangen. Werkt heel snel als u niet de definitie van het Block wilt wijzigen, maar het Block geheel wilt vervangen door een andere definitie. Voor de vervanging plaatsvindt verschijnt de vraag of de ongebruikte blockdefinitie daarna 'gepurged' (verwijderd) mag worden. Let wel op met attributen, deze dienen na deze actie nog 'gesynced' te worden (commando ATTSYNC).

List Properties
• Opstarten:
Via Ribbon Expresstools panel Blocks of door het typen van Xlist op de commandline.
• Werking:
Informatie opvragen van elementen in een Xref of Block (soort element, laag, kleur en lijntype). Een beetje achterhaald door het properties-scherm en de Quick Properties.

Import Attributes
• Opstarten:
Via Ribbon Expresstools panel Blocks of door het typen van Attin op de commandline.
• Werking:
Voor het importeren van attributen. De attributen moeten staan in een tabgescheiden tekstbestand met een vooraf bepaalde indeling. De indeling is zoals die gemaakt wordt wanneer gebruik gemaakt wordt van het commando Export Attributes (Attout) dat hieronder uitgelegd wordt. Maar het bestand hoeft niet afkomstig te zijn uit Attout, het mag ook op een andere manier gemaakt zijn. Het idee is dat je met Attout een bestand maakt van alle attributen van alle blocks die aanwezig zijn in de tekening. In het tekstbestand kunnen dan gemakkelijk waarden aangepast worden waarna de gewijzigde waarden met Attin weer in de tekening geladen worden.

Export Attributes
• Opstarten:
Via Ribbon Expresstools panel Blocks of door het typen van Attout op de commandline
• Werking:
Voor het exporteren van attributen. De attributen worden weggeschreven naar een tabgescheiden tekstbestand met een vooraf bepaalde indeling. Het idee is dat je met Attout een bestand maakt van alle attributen van alle blocks die aanwezig zijn in de tekening. In het tekstbestand kunnen dan gemakkelijk waarden aangepast worden waarna de gewijzigde waarden met Attin weer in de tekening geladen worden. En zo kunnen snel veel attributen aangepast worden.

Convert to Xref
• Opstarten:
Via Ribbon Expresstools panel Blocks (klik op het pijltje naast Blocks voor het uiklappen van het panel) of door het typen van BlocktoXref op de commandline.
• Werking:
Converteert een Block in de tekening naar een xref (externe referentie) en neemt daarbij alle blocks die opgesloten zitten in het Block mee. Dus het Block wordt buiten de tekening opgeslagen en er wordt een verwijzing (Xref) gemaakt naar het nieuwe bestand. Het Block blijft dus zichtbaar in de tekening, maar is niet fysiek meer aanwezig in het bestand. (In feite het omgekeerde van de optie Insert bij het Binden van een xref).

Copy NestedObjects
• Opstarten:
Via Ribbon Expresstools panel Blocks (klik op het pijltje naast Blocks voor het uiklappen van het panel) of door het typen van Ncopy op de commandline.
• Werking:
Voor het kopiëren van elementen (losse onderdelen) uit blocks of xrefs. De eigenschappen van het element blijven bewaard.

Extend to Nested Objects
• Opstarten:
Via Ribbon Expresstools panel Blocks (klik op het pijltje naast Blocks voor het uiklappen van het panel) of door het typen van Bextend op de commandline.
• Werking:
Voor het gebruiken van elementen in blocks en xrefs als boundary voor Extend.
Opmerking:
Tegenwoordig overbodig, AutoCAD doet dat nu automatisch.

Trim to Nested Objects
• Opstarten:
Via Ribbon Expresstools panel Blocks (klik op het pijltje naast Blocks voor het uiklappen van het panel) of door het typen van Btrim op de commandline.
• Werking:
Voor het gebruiken van elementen in blocks en xrefs als snijlijn voor Trim.
Opmerking:
Tegenwoordig overbodig, AutoCAD doet dat nu automatisch.

Dit zijn alle commando's die u kunt vinden in de Ribbon met betrekking tot de Blocks. Maar er zijn er ook nog een paar die u alleen kunt gebruiken door ze in te typen. Een kort overzicht volgt hieronder:

Bcount
• Opstarten:
Door het intypen van Bcount op de commandline.
• Werking:
Hiermee telt u naar keuze alle blocks in de tekening, door meteen op <enter> te drukken, of een selectie van blocks. Het resultaat komt als een tabel op de commandline te staan. Met de knop F2 ziet u dan het volgende:

[img]https://www.cadaccent&#46nl/forum/images/AutoCAD%20-%20Expresstools,%201e%20aflevering/Bcount.png[/img]

Block?
• Opstarten:
Door het intypen van Block? Op de commandline.
• Werking:
Met dit commando vraagt u de DXF-groupcodes op van een Block. Deze codes worden gebruikt bij het programmeren in AutoLISP (een programmeertaal die specifiek gebruikt wordt voor het programmeren van functies binnen AutoCAD).
Zo'n serie groupscodes van een Block ziet er als volgt uit:

[img]https://www.cadaccent&#46nl/forum/images/AutoCAD%20-%20Expresstools,%201e%20aflevering/Blockinfo.png[/img]

Bscale
• Opstarten:
Door het intypen van Bscale op de commandline.
• Werking:
Met dit commando kunt u een Block verschalen vanaf zijn insertionpoint met naar wens met verschillende x-, y- en z-schaal. U kunt kiezen tussen absolute en relative, maar de uitwerking is hetzelfde.
Opmerking:
Niet zo zinvol meer, met de properties/Quick Properties kunt u dit net zo snel.

Gatte
• Opstarten:
Door het intypen van Gatte op de commandline.
• Werking:
Hiermee kunt u de waarde van een attribuut wijzigen in alle blocks in de tekening. Hiervoor dient u eerst ofwel een Block te selecteren (waarin het betreffende attribuut zich bevindt) of een blocknaam in te geven. AutoCAD geeft een lijstje met alle attribuutnamen (de tags) en vraagt of u het betreffende attribuut wil selecteren in de tekening of in wilt typen. Daarna telt AutoCAD het aantal keren dat het attribuut voorkomt en vraagt of u deze allemaal wilt wijzigen, zo niet dan kunt u de blocks selecteren die u wilt wijzigen. Daarna geeft u de nieuwe attribuutwaarde op.
Opmerking:
Dit is niet zo zinvol meer, u kunt dit ook makkelijk doen met de functie Find in de Ribbon Annotate in panel Text:

[img]https://www.cadaccent&#46nl/forum/images/AutoCAD%20-%20Expresstools,%201e%20aflevering/Find.png[/img]

Als u in de regel 'Find text' de huidige waarde intypt dan zoekt AutoCAD die voor u in de tekening, in het dialoogvenster dat daarna verschijnt kunt u deze waarde vervangen.

PSBscale
• Opstarten:
Door het intypen van PSBscale op de commandline.
• Werking:
Hiermee kunt u blocks in modelspace verschalen naar paperspace. U geeft op wat de schaal zou moeten zijn in paperspace en als de schaal van de paperspace verandert kunt u met update in hetzelfde commando de verschaling naar verhouding aanpassen. Als u gebruikt maakt van de mogelijkheid om uw Blocks annotative te maken is deze functie niet meer nodig.

Tot zover de eerste aflevering van de serie over Expresstools. De volgende aflevering zal gaan over de tools voor teksten.

Lambiek
Berichten: 2

Re: Express Tools - Deel 1

Berichtdoor Lambiek » vr 24 jan 2014, 11:51

Hallo Joost,

Onderaan zeg je dat deel 2 gaat over "teksten".
Is ook logisch, want dat is het tweede panel op de "Express Tools" tab (in AutoCAD 2013 tenminste).
Het tweede deel gaat echter over "Modify".

Idem onderaan bij deel 4. Daar wordt onderaan vermeld dat het volgende deel over "maatvoering" gaat. Deel 5 gaat echter over "Tools".

In Deel 5 zijn Make Linetype en Make Shape niet besproken.

Groeten,
Lambertus Oosterveen

  

Wie is er online

Gebruikers op dit forum: Geen geregistreerde gebruikers en 1 gast

Autodesk AEC Collection